Questionaire
Uitgangspunten Enquete
Doelen uit "Bouwstenen voor een verneiuwde opleiding" (Julius Kleinherenbrink).
In het document staan algemene uitgangspunten zoals veilig leerklimaat,naaste zone van ontwikkeling, relatie docent-student, autonomie en competentie (Deci & Ryan, 2000).
Ik richt me op de meer specifieke uitgangspunten die het onderwijs op ons College anders en vernieuwend maakt. Dit zijn:
- Motivatie door probleem gestuurd onderwijs (PGO) waarbij de student zelf op onderzoek uit gaat en op die manier leert leren en leert problemen op te lossen. De docent is in dit proces coach en minder iemand die kennis overdraagt (doceert).
- Studenten moeten gaan onderzoeken, proberen, fouten maken en leren van deze fouten. Studenten leren reflecteren op eigne handelen en leren feedback vragen en ontvangen.
- Studenten leiden hun eigen leerproces. Studenten veranderen van consumenten naar leiders van hun eigen leerproces doordat docenten hen motiveren om verantwoordelijkheid te nemen.
Het hybride leren dat ook in het genoemde document staat beschreven is hier bewust buiten gelaten. Hybride leren vind (nog) niet plaats en wordt beschouwd als een apart onderwerp. Het is geen onderwerp van discussie en in de voorgesprekken is hybride onderwijs niet naar voren gekomen.
Questionair Docenten
De hoofdvragen van de questionaire is een lijst van kenmerken waarvan wordt gevraagd om deze in volgorde te zetten. Op die manier wil ik onderzoeken of de docenten op één lijn zitten.
De docent is coach (nadruk op coachen en niet op doceren).
In hoeverre motiveren de docenten om zelf op zoek te gaan naar oplossingen.
De student voert betekenisvolle (authentieke) opdrachten uit.
Authentieke problemen verhogen de motivatie bij PGO.
Er wordt een leerbehoefte bij de student gekweekt.
Dit motiveert studenten zelf (autonoom) verantwoodelijkheid te nemen voor hun leerproces.
Nadruk ligt op het leren leren en niet zo zeer op kennis overdragen.
Studenten moet onderzoeken, samenwerken, fouten maken. Dit is proces gericht.
Elke student werkt op zijn eigen tempo.
Dit is een vorm van differntiëren en onderstuend de autonomie van de studenten,
De student krijgt geen toetsen maar wordt in een gesprek beoordeeld.
Het gaat minder om het resultaat maar meer om het proces. Kan een student uitleggen wat en hoe hij tot zijn resultaat is gekomen.
De student leert plannen, reflecteren en feedback geven en ontvangen.
Hierdoor leert de student leren. Door reflectie en feedback sou je je eigen leerproces kunnen verbteren.
De student wordt gemotiveerd en geleerd om samen te werken.
Samen met peers aan een probleem werken en samen fouten maken stimuleert het leerproces.
De docent geeft workshops (=korte uitleg voor geïnteresseerden).
Alleen als er behoefte is aan ondersteuning wordt dat georganisserd.
De student werkt langere tijd (2 uur of meer) in de 'workspace'.
Alleen door langere tijd achter elkaar aan een probleem te werken kan er iet worden geleerd.
Studenten krijgen gemeenschappelijke uitleg.
Dit is een controlevraag en dot zou dus niet moeten plaatsvinden.
Studenten krijgen gedifferentieerd onderwijs.
De leerlijn is voor iedereen hetzelfde en alleen het tempo is gedifferentiëerd.
De student weet precies wat er van hem wordt verwacht (pre Canvas Monitor).
Kwam naar voren tijdens gesprekken. Een student kan alleen verantwoordleijkheid voor zijn eigen leerproces nemen als hij goed in zicht heeft waar hij staat en wat van hem wordt verwacht.
Questionair Studenten
| Vraag | Verwacht antwoord | Ideaal antwoord |
| Ik wordt heel vrij gelaten. | ++ | ++ |
| Ik krijg voldoende ondersteuning. | - studenten verwachten dat docenten meer uitleggen | +/- |
| De meeste opdrachten zijn leuk. | +/- | + |
| De opdrachten zijn afwissellend. | + | + |
| Ik wordt achter mijn broek aan gezeten. | +/- afhankelijk van groep | +/- |
| Ik kan op eigen tempo werken. | + | +/- |
| Ik leer zelfstandig werken. | + | + |
| Ik zit met leuke andere studenten op school. | + | + |
| Ik kijk uit naar stage. | - | + |
| Ik leer veel. | +/- | + |
| De meeste docenten zijn streng. | - | +/- |
| Er is voldoende uitleg. | - | + |
| De development vakken zijn te moeillijk. | +/- | +/- |
| Ik moet veel zelfstandig uitzoeken. | + | ++ |
| Ik heb steun aan mijn mede studenten. | + | ++ |
| Ik leer reflecteren. | +/- | + |
| Ik krijg veel feedback (schriftelijk of mondeling). | + | ++ |
| Ik heb voldoende tijd om alle opdrachten te maken. | + | + |
| Ik werk veel samen met mede studenten. | +/- | ++ |
| Als ik vast zit en ik kom niet verder dan weet ik wat ik moet doen. | +/- | ++ |
--