Skip to main content

Testrapport

Een testrapport bestaat uit

  • Inleiding: Geef een korte beschrijving van de software die wordt getest, de versie van de software, het doel van het testen en andere relevante informatie, zoals de datum van de test.
  • Lijst van use cases: Maak een lijst van de use cases die je hebt getest. De lijst van use cases heb je al vanuit je planning en ontwerp.
  • Testplan: Geef een overzicht van je testplan. Per use case stel je scenario's op. En per scenario stel je alle stappen op.

De volgorde (of eigenlijk hiërarchie) is dus: use case - scenario - stappen

  • Testresultaten: Je voert elk scenario één of meer keer uit en beschrijft je bevindingen.

    1. Fouten en problemen: Documenteer alle fouten of problemen die je tegenkwam tijdens het testen. Dit kan van alles zijn, van bugs in de software tot problemen met de gebruikservaring.

  • Als alles is getest beschrijf je een conclusie, daarin staat:
    1. Bevindingen en conclusies: Op basis van de resultaten van de tests, wat zijn je algemene bevindingen? Werkt de software zoals verwacht in alle geteste use cases? Zo niet, welke problemen heb je geïdentificeerd?

    2. Aanbevelingen: Geef aanbevelingen op basis van je testresultaten. Dit kunnen suggesties zijn voor het verbeteren van de software, voor aanvullende tests die moeten worden uitgevoerd, of voor het oplossen van geïdentificeerde problemen.

  • Bijlagen: Voeg eventuele relevante bijlagen toe, zoals screenshots, logbestanden of gedetailleerde resultaten van individuele tests.

In de volgende lessen gaan we deze stappen oefenen.